Salticus fulvovittatus, Hurni-Cranston & Hill, 2021
publication ID |
https://doi.org/ 10.5281/zenodo.7171908 |
publication LSID |
lsid:zoobank.org:pub:D981C4B1-710B-472A-91E1-AFFA52361ED0 |
persistent identifier |
https://treatment.plazi.org/id/03EF095C-2B1E-0421-EA37-FBCE2DCB7DE7 |
treatment provided by |
Felipe |
scientific name |
Salticus fulvovittatus |
status |
sp. nov. |
17. Salticus fulvovittatus nov. sp. Piceus, thorace brevissimo gibboso, in lateribus pulcherrime refulgente, fasciis tribus transversis aureoviridibus notato; abdomine elongato ovali, antice linea fulva cincto, dein transversim fulvo trivittato; ventre nigro, albo maculato; pedibus corpore brevioribus 4.2.3.1. nigris rufo viridique maculatis. Long. 2'". Mischien het wijfje van Nr. 15. De oogen zwart, van bruinroode kringen omgeven; de voelers goudgeel. De zijvlakten van den thorax hebben dienzelfden prachtigen weerschijn als bij S. viridifasciatus , welke ook op gelijke wijze geteekend is; de middelste groene dwarsband is de smalste. Het achterlijf ovaal, zwartbruin, 1 1 / 2 maal zoo lang als de thorax; de voorste helft geel gezoomd; behalve deze bevinden zich op den rug 3 tot 4 fijne gele dwarsstrepen. Op de buikvlakte 5 tot 6 witte rondachtige vlekken. De spintepels duidelijk, echter niet verlengd. Habit. Amboina . Niet zeldzaam, voornamelijk op bloeijende kompositeën. Maakt op de ondervlakte der bladen een digt, sneeuwwit tentvormig nest, waarin zich de spin bij naderend gevaar verschuilt en hare eijeren legt.
new English translation of text
No known copyright restrictions apply. See Agosti, D., Egloff, W., 2009. Taxonomic information exchange and copyright: the Plazi approach. BMC Research Notes 2009, 2:53 for further explanation.
Kingdom |
|
Phylum |
|
Class |
|
Order |
|
Family |
|
Genus |